23.8.04

Kermiszondag

Voorlaatste zondag van augustus: kermis in het dorp. Het eerste deel rond de kerktoren, het tweede rond het oude gemeentehuis, het derde rond het cultureel centrum annex bioscoop.
Dat wil zeggen dat de familie bij elkaar stroomt - iets wat alleen gebeurt met Kerstmis en wanneer het kermis is. (Dat die twee nog iets gemeen hebben, merk ik wanneer ik de peters en de meters in de portefeuille zie tasten. Kermisgeld! Vroeger spaarde ik dat en kocht ik er schoolgerief van: nieuwe balpennen, verse schriften, een soepele ringmap. Nu krijg ik blijkbaar geen kermisgeld meer. Waarschijnlijk omdat ik nu mijn eigen kermisgeld verdien met een keurige eight-to-five job. Ik hoop dat ik straks wel nog kerstkadootjes krijg.)
De hele familie dus, bij de grootouders. Alle ooms en tantes, alle neven en nichten. De een meer uitgeslapen dan de ander, want tot zaterdagavond was het Pukkelpop in Kiewit. Mijn neef Door bijvoorbeeld is niet zo fris omdat hij 's morgens om half zes de wei van Kiewit ingeruild heeft voor de vlottentocht op het kanaal - sinds een jaar of twintig het kleine broertje dat meekomt met de grote kermiswagens. Mijn nichtje Hanne krijgt 's avonds zowaar buikpijn van diezelfde vlottentocht - een slok te veel kanaal binnengedaan, zeggen we begrijpend en we voegen eraan toe dat ze maar rustig buiten in de frisse lucht moet zitten.
We passen net aan drie grote tafels, tegen elkaar geschoven in de eetkamer. Wil je aan de overkant geraken, dan moet je helemaal door de gang. We eten brood en drinken koffie, de kinderen limonade, en verdelen ons dan over een paar auto's om naar het dessert te rijden. Op het nagelnieuwe appartement van nonkel Theo staat de vlaai klaar: een met alleen appel, een met chocomousse, een met rijst en slagroom en een met appel en slagroom. De twee aangetrouwde familieleden die niet van de streek zijn, waren gechockeerd na de eerste grote familiebijeenkomst. Hier worden geen vijf boterhammen en als dessert een stukje taart gegeten, maar andersom. Logisch en doodnormaal, zegt nonkel Theo, want vlaai is veel lekkerder. Ah voila. Wij zijn de mannen en de vrouwen van het goede leven (de dikke buiken en de cholesterol).
Vertrekken naar de kermis zelf doen we met z'n allen. Wat meestal lang duurt, want de één blijft staan praten met oude bekenden waar de ander rustig opgaat in de kabbelende mensenstroom.
Onderweg wint mijn jongste nichtje Lisa met ballengooien een rode plastic voetbal en bedenk ik dat kermis pas echt leuk is met een jong kind erbij. Ballengooien op je vijfentwintigste is misschien wel aardig, maar ook geforceerd en een beetje zielig. Bovendien schitteren de prijzen veel harder als je acht bent en niet kan kiezen. Dus supporter is voor Lisa en als ik niet een half uur later al de trein terug naar Gent en een eight-to-five job had moeten halen, was ik met haar in de rappe rups gegaan - een buik vol vlaai of niet.

Een dag later.
Lees ik The Subtle Knife van Pullman (ik heb me eindelijk vastgebeten in His Dark Materials), maak ik plannen voor een vrije donderdag (Rick de Leeuw op een plein in Brussel), en besluit ik morgen spag bol à la Jamie Oliver en tiramisu à la boerinnenbond voor Heleen klaar te maken.
En ga ik te laat slapen om morgenvroeg om acht fris van geest en monter van gemoed te zijn.

Geen opmerkingen: