25.9.04

Studiedag

Ik ben een nul in het leggen van contacten.
Ik zit op de trein terug en schrijf precies deze zin in mijn blauwe boekje, klaar voor een verhelderend stuk zelfanalyse (en zelfvergoelijking natuurlijk). Maar dan staat er plots een man naast me te dralen. Ik doe alsof ik niets zie, alsof de linkerhoek van mijn gezichtsveld leeg is, alsof het niet half vijf en spitsuur is.
'Excuseer.'
'Aja. Ok.'
Glimlach. Ik hannes met tassen en jassen en boeken en zakken, met een boterham en een blik limonade, tot de stoel leeg is. Het blauwe boekje gaat onherroepelijk dicht.
'Zet u.'
Doodmoe van een dag vol mensen maar zonder contact val ik in slaap. Een onhandige slaap want ik zit niet goed. Er moet genoeg ruimte gehouden worden tussen de vreemde man en mij.
'Damesenherenwekomenaaningentsintpieters.'
De man naast mij lacht en herhaalt damesenherenwekomenaaningentsintpieters op precies dezelfde monotone, ongeïnspireerde toon. Ik lach ook, ik lach naar de man en maak zelfs bijna een grapje.
Ik een nul in het leggen van contacten - amehoela.

Geen opmerkingen: